De Amerikaanse beurzen wonnen dinsdag verder terrein, na de stevige koerswinsten die de deal tussen Griekenland en zijn schuldeisers een dag eerder teweeg bracht. Beleggers verwerkten onder meer de kwartaalcijfers van een aantal grote bedrijven.
De toonaangevende Dow-Jonesindex eindigde 0,4 procent hoger op 18.053,58 punten. De bredere S&P 500 klom 0,5 procent tot 2108,95 punten. De technologiegraadmeter Nasdaq dikte 0,7 procent aan tot 5104,89 punten.
Beleggers kregen voorbeurs een tegenvallend economisch cijfer te verwerken. De winkelverkopen in de Verenigde Staten bleken in juni met 0,3 procent te zijn afgenomen. Economen gingen er juist vanuit dat de stijging die in mei was gemeten, afgelopen maand een vervolg had gekregen.
UnitedHealth sterkste stijger
Zorgconcern UnitedHealth was de sterkste stijger in de Dow met een winst van 2,1 procent. De bank JPMorgan Chase profiteerde van beter dan verwachte kwartaalcijfers en werd 1,4 procent meer waard. Branchegenoot Goldman Sachs, die later in de week de resultaten naar buiten brengt, won 1 procent.
Farmaceut Johnson & Johnson overtrof eveneens de verwachtingen van analisten met zijn resultaten over het tweede kwartaal. Beleggers zetten het aandeel desondanks 0,5 procent lager, waarmee het de sterkste daler was onder de hoofdfondsen in New York.
Nepbericht over overname Twitter
Twitter maakte een opvallende koersbeweging na een nepbericht waarin het internetbedrijf met een overname in verband werd gebracht. Het aandeel schoot tot bijna 8,5 procent omhoog. Nadat persbureau Bloomberg - de vermeende bron - het bericht had ontkracht, resteerde bij de slotbel een koerswinst van 2,6 procent.
Chipmaker Micron kan volgens diverse media wel degelijk rekenen op een overnamebod. De Chinese investeerder Tsinghua Unigroup zou 23 miljard dollar voor het bedrijf overhebben. Het aandeel won meer dan 11 procent. De Nederlandse branchegenoot NXP liftte mee en werd 3,2 procent meer waard.
De euro was 1,1007 dollar waard, tegen 1,1015 dollar aan het einde van de Europese beurshandel. De prijs van een vat Amerikaanse olie steeg 1,3 procent tot 52,90 dollar per vat. Brentolie werd 1 procent duurder en kostte 58,41 dollar per vat.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl